|
Ik moet lachen als ze langskomt |
|
Met haar roodgestifte mond |
|
Met haar roodgelakte nagels |
|
En haar strakgerokte kont |
|
Ik moet zuchten van haar schoonheid |
|
Oogverblindend, dag en nacht |
|
Ik bezwijk onder haar knipoog |
|
En de blik waarmee ze lacht |
|
Ze heeft de duivel in het bloed |
|
Ze heeft de duivel in het bloed |
|
En ik hou van wat ze doet |
|
Ze heeft de duivel in het bloed |
|
Ik moet zwemmen in de ogen |
|
Die ze telkens op me richt |
|
En ik voel mijn knieen knikken |
|
En ik ben alweer gezwicht |
|
Ik moet denken aan rivalen |
|
Als ik ergens op haar wacht |
|
En ik walg van zatte kerels |
|
En de grap waarom ze lacht |
|
Ze heeft de duivel in het bloed |
|
Ze heeft de duivel in het bloed |
|
En ik hou van wat ze doet |
|
Ze heeft de duivel in het bloed |
|
Ze doet me goed, ze geeft me vuur |
|
En ik moet iedere dag |
|
En ieder uur en elk moment... |
|
Lachen om haar schoonheid |
|
Oogverblinden, hard en zacht |
|
En ik val voor al haar charmes |
|
En haar allerzwakste kracht |
|
Ze heeft de duivel in het bloed |
|
Ze heeft de duivel in het bloed |
|
En ik hou van wat ze doet |
|
Ze heeft de duivel in het bloed (2x) |